woensdag 8 januari 2014

Boost


Niets leuker voor een schrijver dan complimenten te krijgen over je werk. Doorgaans gebeurt dat vlak na het verschijnen van een nieuwe publicatie. Wanneer het een tijdje stil geweest is, wanneer nieuw werk al geruime tijd in de diepvries heeft gelegen, dan is het niet meer dan logisch dat ook complimenten langzaam uitblijven.

Na de publicatie van Isangraille, het laatste deel van Zeríans Vloek, wist ik lange tijd niet meer wat gedaan. Telkens ik de pc opende, klikte ik uit pure gewoonte de folder met alle werk rond die fantasyreeks open – het kostte tegen alle verwachtingen in behoorlijk wat moeite om te accepteren dat het afgelopen was. Ook al liet ik een deur op een kier staan in dat allerlaatste hoofdstuk. Het blijft toch maar de vraag of lezers op een vervolg zitten te wachten, en dat nog los van het feit of ik het nog wel zou kunnen.
Ik heb namelijk geen fantasy meer geschreven sinds de verschijning van Isangraille. Op een of andere manier lijkt het me niet helemaal meer te lukken. Ik heb me toegelegd op alledaagse verhaalopzetten, in korte verhalen maar ook in lange termijnprojecten en in blogs, maar het is pas sinds kort dat ik me weer geëngageerd genoeg voel om de ideeën in mijn hoofd aan papier toe te vertrouwen.

De twee afgeronde korte verhalen die ik schreef, werden door de enkele vrienden die eerder al proeflazen, best goed onthaald. Dat was een eerste teken aan de wand: ik kan het nog, schrijven. Fijne gesprekken met een lieve vriendin (die me als extra aanmoediging een plotschriftje gaf) zorgden ervoor dat dat teken aan de wand een blijver was. Daarna kwamen de onverwachte mail van een uitgever die graag met mij wil samenwerken, en de vraag van een andere uitgever om een bijdrage te leveren voor een themanummer – dat gaf me een heuse schop terug op het schrijverspad.
Ook lezen heeft zijn positieve effecten op mijn hernieuwde liefde voor verhalenweverij niet gemist. Doorgaans wordt onze kleine draak voorgelezen door de papa, maar de laatste tijd ontdekte de kleine dat ook mama niet slecht is. En op zijn school begeleid ik kinderen van het tweede en derde leerjaar met niveaulezen.

Nu ik na die periode van stilte die nieuwe boost heb gekregen, ben ik weer dagelijks bezig met schrijven. Samen met mijn werk als redacteur bij uitgeverij Zilverspoor/Zilverbron maakt dat me weer duidelijk waar ik goed in ben: taal.
Ze zeggen weleens: schrijver is een eenzaam beroep. Ik zie het anders. Hoewel schrijven ook voor mij een passie is, iets waar ik eigenlijk niet zonder kan, zou ik zonder mijn vrienden en mijn lezers toch erg weinig ‘goesting’ hebben om iets deftigs op papier te zetten. Motivatie om een afgerond, geloofwaardig en aanvaardbaar verhaal uit te werken, komt niet alleen voort uit jezelf, maar ook uit je omgeving: een fijne recensie, een kritische uiteenzetting waar je wat mee kunt, een compliment, iets waardoor je je ineens veel groter voelt dan je bent. Boost!



Geen opmerkingen:

Een reactie posten