De pijn kwam, nestelde zich in al mijn gewrichten, in al mijn spieren en beïnvloedt zo al jarenlang mijn hele wezen – zonder de intentie om ooit eens weg te gaan. Ik ben blijkbaar een goede gastvrouw, zorg dat ik sterk genoeg ben om de pijn te dragen. Dat er dagen zijn dat ik niet weet waar kruipen, dat er dagen zijn dat ik liefst in een hoekje zit te janken als een dier in nood, daar trekt de pijn zich niets van aan. Laat staan van het feit dat ik er mijn baan door verloor.
Dat zijn de zwaarste momenten: beseffen dat er geen baan meer in het verschiet ligt, tenminste, niet in de 9-to-5 zin van het woord. Ik werk thuis: ik schrijf, ik redigeer – en ik durf te zeggen dat ik er best goed in ben. En als ik eerlijk ben:de pijn zou me wel eens in deze richting geduwd kunnen hebben. Niets gebeurt zonder reden. Indien ik mijn fulltime baan als psycholoog behouden had, was er van de serie Zeríans Vloek (Kramat Uitgeverij) wellicht nog lang geen sprake geweest, evenmin als van de verhalenbundel Balanceren (Parelz Uitgeverij). Elk nadeel heeft ook zijn voordeel, maar in mijn geval had het nadeel iets minder zwaar mogen doorwegen.
Nu, midden in de nacht, wanneer ik dit stukje schrijf, schijnt de maan op de ondergesneeuwde tuin. Een feeëriek zicht, waar ik even de tijd voor neem. Want als er iets is wat je leert wanneer je lichaam zo beperkt wordt in doen en laten, leer je te genieten van kleine dingen. Dramatisch? Nee, realistisch. Pijn is voor mij, en vele andere mensen met fibromyalgie, een constante aanwezigheid die van grote invloed is op dag en nacht. Om die pijn te kunnen dragen, moet je niet alleen sterk zijn, je moet ook een goed netwerk hebben. Een netwerk dat bereid is je te steunen op de goede en de minder goede, en ook de ronduit slechte momenten. Een netwerk dat bestaat uit specialisten en dierbaren. Vrienden. Familie. Gezin. In mijn geval ook katten *grinnik*
Je wordt niet vergeten...
BeantwoordenVerwijderen