dinsdag 15 mei 2012

Kuukske naar het Vogelopvangcentrum

De afgelopen dagen was het fijn om in de tuin te zijn: Kuukske kwam zodra ze mijn stem hoorde, en ik maakte een tjik-tjik geluid waardoor ze letterlijk van het andere eind van de tuin naar me toe snelde. Het was erg grappig om te zien, zo'n frêle pluizig zachtbruin vogeltje dat over het gras rent om zo snel mogelijk bij me te komen. Als ik onkruid wiedde, kwam ze bij me zitten en ik gooide haar af en toe een worm toe, die ze gretig naar binnen liet glijden. Zij praatte tegen mij en als ik "tjik-tjik" zei, kwam ze nog wat dichter.

Gisteren echter merkte ik voor het eerst de (dennen)naald die uit haar zieke oog stak. Ik liet het Marco zien, en hij vond het toch ook aardig zorgwekkend. Ik probeerde haar te vangen, en hoewel ze aanvankelijk probeerde weg te komen, kreeg ze het te lastig: ze moest nu op twee tweebenigen letten, en niet alleen op mij. Toen ze over een oude omgevallen regenton wilde klauteren, snaaide ik haar. Dan pas besef je ook hoe kwetsbaar en broos zo'n kleine vogel is. Dat hartje ging aan tweehonderd per uur, en ze schreeuwde eerst ook. En dan zagen we de naald. Die zat echt vast ín haar oog, en was zonder twijfel de oorzaak van de zware infectie. Want het oog is er nog, alleen zit het volledig dicht. Een tweede naald plakte aan het onderste lid, meer richting snavel.

Ik wilde me niet voorstellen hoeveel pijn ze moest hebben en zei Marco dat we het VOC moesten bellen. Vanwege onze goede ervaringen met het VOC Herenthout, waar we in februari een spreeuwtje heen brachten (knal tegen het raam, gespleten ondersnavel en fel bloeden, maar dankzij het VOC na een paar weken succesvol vrijgelaten), belden we eerst daarheen. Zij raadden ons - vooral gezien de afstand - aan naar het VOC Brasschaat te gaan.

Kuukske was het er intussen niet mee eens dat ze in een poezenreismand moest zitten wachten. Met een handdoek er nog eens extra overheen, zodat ze kalm kon worden, ging Marco op weg.
Hij kwam na een uur terug dat het bij Herenthout toch veel gemoedelijker en vriendelijker was... In Brasschaat waren ze aan het eten toen hij toekwam, en hij kreeg de boodschap om de vogel in de bak te doen en het formulier in te vullen. Dat was het enige persoonlijke contact, en dus een megagroot verschil met het VOC in Herenthout, waar hij nog een gesprek had met de mevrouw die het spreeuwtje een eerste check-up gaf.

Maar goed, Kuukske is nu in het VOC en we moeten hopen dat ze de naald met succes kunnen verwijderen én dat ze die operatie goed doorstaat.

Het ga je goed, Kuukske!

Zie ook eerdere blog: Kuukske



English version:
The last couple of days it was real joy to be outside in the garden: Kuukske (ChickPie, a half blind blackbird chick that came to our garden approx. a month ago) came as soon as she heard my voice, and I made a “chick-chick” sound that made her run to me, even from the back of the garden. It was very funny to watch that tiny ball of soft-brown fluff running to me across the grass to get to me as soon as she possibly could. When I was weeding, she’d sit by me. The worms that I found, I threw at her, and she gobbled them up with great delight. She talked to me and I answered “chick-chick”, and she would come even closer.
Yesterday however I noticed the fir needle that stuck out of her sick eye. I showed it to Marco and ho got concerned as well. I tried to catch her, and although she tried to get away at first, she had difficulty keeping up: she had to keep one eye on two two-leggeds instead of only me. When she tried to scramble upon an old water-butt that had fallen over, I snatched her. Only then you realize how frail en vulnerable such a small bird really is. Her heart raced at 200km/hour and she yelled at first. And then we saw the fir needle. It was actually sticking out of ChickPie’s tiny eye, causing the serious infection that made her eye stay shut and moist. A second needle was sticking to her lower eye-lid, near her beak.
I did not even want to try to imagine the agony she had to experience, and told Marco we had to call the VOC (Bird Wildlife Center). Because of our nice previous encounter with the VOC at Herenthout where we delivered a starling last February (smack against the window, split lower-beak and bleeding like hell, but thanks to the VOC at Herenthout it was healed and released a couple of weeks afterwards), we first called them. But they advised us to inform a wildlife center nearer to where we live.
Meanswhile ChickPie was waiting in a cat travel basket – needless to say she was absolutely not amused. I put a towel over the basket so she could calm down, and Marco drove off to the VOC at Brasschaat.
He was back within the hour and told me that the people at Herenthout were friendlier and more dedicated. At Brasschaat he was told they were having dinner: Marco had to put ChickPie in a box and he had to fill in a form, with our address, e-mail, specifics concerning the bird etc. That was the little personal contact he had, and huge difference with Herenthout, where he had the chance to talk to the nice lady that gave the starling his first check-up.

Anyway, ChickPie is at the VOC and we sincerely hope that the people there are able to remove the fir needle, and that ChickPie survives the surgery.

Fare well, ChickPie!

vrijdag 4 mei 2012

Kuukske



Doorheen de prachtige stem van Will Johnson (South San Gabriel, album The Carlton Chronicles), die "This rookie runs..." zingt, klinken het snerpend getjilp van een merelkuiken en het gekwetter van baby-koolmeesjes.

Het is al het vierde merelkuiken sinds begin april dat onze tuin aandoet, zonder dat het hier geboren is. In de klimophaag die onze tuin van de buren scheidt, wacht een merelkoppel met zeker ongeduld op hun eigen broedsel. het vierde kuiken is nog erg jong en roept voortdurend naar zijn ouders. Ik heb nog niet ontdekt dat het gevoerd wordt, daar zal hij volgens mij toch stilaan zelf voor moeten zorgen.
Van die vier merelkuikens is er eentje gestorven: te pletter gevloten tegen de garagedeur. Daar hebben we nu kranten tegenaan geplakt. Om op zo'n manier een jonge vogel te verliezen, doet gewoon pijn. Ja, ik ben een softie. Maar het is softness waar ik trots op ben.
Het andere merelkuiken is gezond en wel en foerageert tussen de tuinen van ons en de buren. Het hapt af en toe een hapje mee van het speciale voer dat ik nog altijd strooi en laat zich wegdrummen door de spreeuwen, andere merels en de mussen.

En dan is er Kuukske.
Kuukske is half blind. Haar rechteroog was eerst nog een vochtige massa, haar wang een kleverig hoopje veren. Nu is er geen oogje meer. Maar Kuukske houdt vol. Elke volwassen merel, vooral de papa's, klampt ze aan om gevoerd te worden, hoewel ze perfect in staat is zelf de pieringen uit de grond te rukken. Die slaat ze dan even vakkundig dood voor ze ze in hun geheel opslokt. Ze eet ook graag van het voer dat ik strooi, en ze laat zich veel minder makkelijk wegdrummen door de andere vogels. Dat kan zijn omdat ze gewoon niet voldoende ziet, en dus ook niet voldoende gevaar kan inschatten. Ik hou mijn hart vast telkens ze midden op de klimophaag gaat zitten, en zo een fly-by snack voor de sperwer vormt. Als ik naar het tuinhuis loop, waar het voer ligt en waar ik de vogels ook laat eten, blijft ze zitten wachten. Ik praat tegen haar, en dan houdt ze haar kopje scheef, alsof ze luistert. Terwijl ik in het tuinhuis morrel, loopt ze dan toch een beetje weg. Ik strooi het voer en ga terug naar binnen. Tegen dat ik de deur dicht doe, zit ze al te eten.

Een geweldig mereltje, dat Kuukske.