dinsdag 30 juni 2015

De empathische kracht van katten

Ik heb het al vaker gemerkt, en er ook al vaker over gelezen: hoe katten een negatieve (emotionele) stemming aanvoelen en dan als het ware al die energie komen weghalen. Het is iets wonderlijks, iets bijzonders. Er is ineens een ander soort verbondenheid. En je krijgt het gevoel dat je niet meer alleen bent, met je zorgen en je verdriet.


Ik kan me voorstellen dat velen het idee van een 'zorgende' kat wegwuiven; katten worden immers beschouwd als weinig sociaal, nogal autistisch en niet begaan met anderen behalve zichzelf. In zijn onafhankelijkheid wordt de kat doorgaans als arrogant en eigengereid gezien, niet als een dier dat zich hecht of inderdaad, meevoelt met de mens die hij geadopteerd heeft.

Terwijl ik op zoek ben naar min of meer deskundige informatie die dit kan staven, vind ik op Google meteen links naar gedragsproblemen, gedragsafwijkingen, en andere problemen met katten. Opvallend: nauwelijks een positief verwoorde titel!

Uiteindelijk vind ik een website, van een ervaringsdeskundige, de Catnanny: zij stelt dat katten een missie hebben in ons leven, dat er een reden is waarom zij in ons leven komen: bescherming en zuivering van negatieve energie. Dat komt al aardig in de richting van mijn eigen ervaringen. De bescherming heeft dan vooral betrekking op het feit dat zij 's nachts graag op bed liggen, vlak bij je. Als ik alleen thuis ben, en mijn kind slaapt in de kamer naast mij, dan liggen zeker vier van de zes katten bij mij op bed, of in de buurt. Er zijn er altijd een paar die 's avonds en 's nachts bij zoonlief van 5 gaan kijken, soms gaat er eentje aan het voeteneind van zijn bed liggen.

Maar bij mij kruipen ze heel dicht tegen me aan. Ze kapselen me in, zodat ik amper nog kan bewegen, en ronken zo hard dat het door heel mijn wezen vibreert.

Heb ik dan zoveel negatieve energie? 

Misschien. Ik heb al bijna 15 jaar fibromyalgie, en dus elke dag veel pijn. Proberen ze de negativiteit die daarbij komt kijken weg te halen? Het is een mooie gedachte. Hoe het verdriet en de boosheid, de neerslachtigheid en het gevoel van waardeloos te zijn - emoties die je als chronisch pijnlijder zomaar ineens kunnen overvallen, die vaak onderdrukt aanwezig zijn, omdat je zo graag sterk wilt zijn - door je vermeende antisociale katten weggeronkt en weggeknuffeld worden. 

Toen ik vannacht een emotionele breakdown had, kwamen Tijger en Bowie, Troeleke en Spook binnen tien minuten kijken. Drie daarvan waren aanvankelijk beneden. Voor mij zegt dat genoeg.

En ja, het heeft me getroost, het sonore ronken van Tijger deed langzaam zijn werk. En uiteindelijk vielen we allemaal in slaap, zodat zij zichzelf weer konden zuiveren van al die negatieve energie die ze van mij overnamen.



dinsdag 23 juni 2015

(voor)Lezen

Toen hij nog een baby was, zong ik voor hem, fluisterde ik rijmpjes in zijn oor en neuriede ik voor hem. Toen hij een peuter was, las zijn papa hem voor, uit Nijntje, Dikkie Dik en Bobbi. Dat werd dan gaandeweg uitgebreid met Brandweerman Sam, Gonnie, Jip&Janneke, en dinosaurus-leesvoer. Toen hij een kleuter werd, merkten we echter dat de voorleesboekjes voor zijn leeftijd niet langer interessant genoeg waren...

Hoewel hij nu nog steeds in de bibliotheek op zoek gaat naar prentenboeken en van die typische baby-voelboekjes, heeft hij hier thuis vooral interesse in wetenschappelijk werk - eerste atlas, eerste encyclopedie, naslagwerken over dinosaurussen... alles waar maar weetjes en feitjes in voorkomen (waarmee hij je dan overvalt op de gekste momenten, uiteraard). 
Een heel halfjaar moest er 's avonds worden 'voorgelezen' uit dinosaurusboeken, soort per soort, wat ze aten, hoe ze leefden, hoe ze doodgingen, wie ze opgroef. Tot we het beu werden, zijn papa en ik, en we besloten het roer om te gooien. Met Kerst kreeg hij zijn eerste Geronimo Stilton (dat meteen het favoriete voorleesboek van toen werd), en later ook de Dinobaai van Rex Stone (idem, inmiddels aan de tweede voorleesronde toe).
En we keken ook eens in onze eigen jeugdboekenverzameling. We vonden De Kleine Kapitein van Biegel, en Het Oneindige Verhaal - beide vielen zeer in de smaak, hoewel de laatste nog niet volledig uit is, en we bij de eerste vastgelopen zijn in het tweede deel. 
Want toen kwam ik thuis met Carlo Cabana van Bjorn Van den Eynde, en toen vergat hij de rest...

Gisteravond, toen hij al lang moest slapen, 'betrapte' ik hem met De Glibberende Kwallenbende op schoot in zijn bed. Hij keek me heel onschuldig aan, met van die grote ogen, en fluisterde toen: "Ik wilde nog een beetje lezen..." Niet dat hij al echt kan lezen, maar soit, het idee is goed. Ik vond het best grappig en ook wel tof, dus gaf hem nog tien minuten extra tijd. Om half negen moest het licht écht uit. ;-)
Vanochtend stond hij op, maar ging gelijk terug naar zijn kamer, waar hij bleef hangen - met inderdaad De Glibberende Kwallenbende, "want ik wil verder lezen". Dat nam hij uiteindelijk mee naar beneden, half lezend de trap af, waarna hij zich in de zetel nestelt en druk begint te bladeren, en helemaal in het boek gezogen wordt.
En net als zijn ouders indertijd is hij er slechts met veel moeite uit te trekken, dus het klaarmaken vanochtend kostte wat meer tijd dan andere dagen :-)

  

zaterdag 6 juni 2015

Vanavond een kortje

Ik had ineens redelijk wat inspiratie, wat begeestering om verder te werken aan dat grote project dat De Vijfde Tuin heet. Er is voetbal op tv, dus ik dacht: ik besteed mijn tijd nuttig; ik wil hoe dan ook dit werk af hebben voor de herfst (ik dacht eerst eind deze maand, maar dat is toch wel iets te optimistisch).

En dan blijkt dat mijn handen niet meer mee willen.
Die vingers, die gewrichten, die pezen… alles werkt tegen. Het loopt tot mijn ellebogen. Ik heb dat wel vaker, zeker de laatste paar jaar, maar dan wel in de winter.
Nu dus ook duidelijk na overbelasting, iets wat ik doorgaans neig te minimaliseren (als in: ik vind dat ik dat toch nog moet kunnen, allemaal tegelijk).
Maar helaas, schrijven en onkruid wieden, en al die andere fijn-motorische aangelegenheden zoals wasgoed ophangen (fibro-reuma: geen fan van wasknijpers), knutselwerk samen met zoon (de stegosaurus zit intussen in fase 4), aardappels en appels schillen (o, gruwel) - het gaat allemaal niet goed samen. Met andere woorden, er moet meer tijd tussen elk van deze acties zitten. Liefst voor mijn polsen ook weer alle twee rijp zijn voor het schroot.

Over een maand mag ik wel naar de polsschool. Kinesitherapie en ergotherapie, speciaal voor mijn handen/polsen. In de hoop dat het helpt. In strikte zin zou ik niet eens zoveel last mogen hebben van die polsen, of van die vingers. Nah... 

Voorlopig hou ik het schrijven dan toch maar voor gezien. Jammer. Mijn hoofdpersonage stond net op het punt een zeer pittige confrontatie aan te gaan… Als je de Zielenvanger recht in de ogen moet kijken, dan kan je het echt wel pittig noemen, vind ik.